top of page

De geschiedenis van Sparta Lille
 

​

De historiek van onzer Liller voetbalclub opstellen is geen gemakkelijke zaak. Er is weinig geschreven materiaal bewaard gebleven; slechts enkele krantenknipsels en een verslagboek over de jaren 1940-1942 zijn ontsnapt aan de tand des tijds.
 

Dertig jaar geleden nam Guido Vrolix toch een poging om de geschiedenis van de Lilse voetbalclubs te beschrijven. In het jaar 1975 publiceerde de Heemkundige Kring zijn artikel in een verzamelwerk getiteld “Historiek van het Ontspanningsleven in Sint-Huibrechts-Lille”.
 

Ondanks de weinige beschikbare documentatie kon hij toch een mooi overzicht verzamelen van het voetbal in Heilig Lille, mede dankzij de verhalen van enkele oud-leden uit de jaren zeventig. Het was zeker niet de bedoeling om een zo nauwkeurig mogelijke chronologie op te stellen. Er werd eerder getracht om een algemeen beeld geven van de Lilse voetbalclub, met haar eigen geest, haar successen en haar problemen.
 

V.C. Sparta Lille Saint-Hubert
 

Een eerste spoor van ‘Sparta’ kon men achterhalen in Het Maaseiker Weekblad van 14 december 1910. Hierin staat onder de rubriek Lille St.-Hubert de volgende vermelding: [i] De voetbalclub Sparta I en de voetbalclub van Caulille II hebben zondag eene match betwist. Sparta I maakte 2 tegen Caulille 0. [/i] Hieruit kan men afleiden dat Sparta reeds bestond in 1910 en toen al met meerdere ploegen speelde. De club moet er dus waarschijnlijk al enkele jaren geweest zijn.


In de volgende jaren kwam Lille dan in het veld tegen naburige ploegen, zoals onder meer: ‘De Princesse Juliana’ van Dorplein-Budel, ‘Speranza’ en ‘Traplust’ van Neerpelt, Loozen-Bocholt, ‘De Standaard’ van Bree, ‘De moedige strijders’ van Overpelt, Bocholt, ... Een voetbalmatch werd een vaste attractie op het kermisprogramma. Het plein lag in die tijd aan de rechterzijde van de weg naar Neerpelt, ongeveer op de grens. Het lokaal was gevestigd bij Christ Bloemen.

​

​

In 1926 sloot de club een eerste maal bij de Koninklijke Belgische Voetbalbond aan onder de benaming V.C. Sparta Lille Saint-Hubert, stamnummer 856. Er werd nu gespeeld op het terrein achter in de Akkerstraat (Jos Verlindenstraat), in de buurt van het huis Abrahams. Over de inrichting van dit plein bestaat er een interessant verhaal, dat ons tevens iets bijbrengt over de geest van die tijd. Met de jaarlijkse kermis stond er bij dit voetbalveld de danstent. Van de uitbater van de tent kreeg de club 50 franken, geld dat zij best kon gebruiken voor haar plein. Nu kwam hiertegen protest van de kapelaan van Lille, die hierover de voorzitter van de ploeg aansprak. Indien deze kon bekomen dat de danstent niet in Lille kwam, dan zou de kapelaan zorgen voor goalpalen, netten en omheiningspalen. De tent kwam er niet, en Sparta had zijn plein in orde.

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

 

​

​

​

​

 

 

​

​

​

 

Eerste en tweede elftal van V.C. Sparta Lille Saint-Hubert (1926-1932)

Staande vlnr: Frans Keunen, Gerard Bielen, Jaan Pellens, Jef Pellens, Toon Vanoch, Chel Vanes, Jan Bielen, Louis Vangerven, Pier Vanoch, Harrie Cox, Coob Sutens, Jan Pellens, Victor Creemers
Knielende vlnr: Kesters, Jan Rabijns, Bèr Nijsen, Thieu Rooyakkers, Rik Sutens, Tinus Vaesen, Jan Verlinden, Giel Sutens

Zittende vlnr: Michel Bloemen, Mathieu Coninx, Toon Pellens, Fons Pellens, Harie Nijsen, Fons Vaesen, Door Winters

 

 

Ook in de competitie had Sparta succes. Dit blijkt uit het volgende artikel van 1927, ondertekend met Schampavie: [i] Gij zijt er bijna, jongens ... gij hebt de rechte baan gevonden, zoo volhouden en de kampioenstitel komt naar Lille. Weer 2 puntjes van vreemd terrein, dat is flink van u, zoo wil ik u zien spelen, dan kan de overwinning u niet ontsnappen. De eendracht ... de clubliefde is er weer, de moed van over twee jaar, die u zoo dikwijls ter zege leidde, is er terug ingekomen. Uw volharding ... uw strijd tegen het verbitterde noodlot, heeft er u weer toegebracht, uw geliefde zwart-roode kleuren, met ongeëvenaarden moed te verdedigen. En ook uw onvermoeibare voorzitter droeg het zijne bij. Hij spaarde noch kosten, noch moeite, om zijn geliefde vereniging ter zege te leiden, altijd maar hooger-op, naar meer roem, naar meer fierheid. Een man met een goed stemorgaan. Een man die altijd gepaste en zuivere woorden spreekt. Hij klimt met zijne ‘poulains’ tot den hoogsten trap der sportorganismen. Zijne ‘poulains’ ook, zullen hun best doen, aanhoudend strijden, niet afgeven om zoo mogelijk te overwinnen, dat is clubliefde ... dat is de hartstocht van het voetbalspel. Zondag a.s. moeten alle supporters mee naar Waterschei, daar ook moeten wij zegevieren. Weet wel, dat dit een der gevaarlijkste verplaatsingen is, daarom moet gij allen mee, en gedurig aangemoedigd, eerlijk, sportief. En schieten ze tegen de palen ! ... of tegen de bovenlat ! Dan moet gij denken, jongens ... ge hebt ongeluk gehad ! [/i]

 

Dit was Sparta Lille op zijn hoogtepunt. Het was hard spel, ‘maar nooit brutaal’. Het waren ook harde mannen, die spelers, ‘met blote voeten sjotten op een stoppelenveld’, en ‘zjattepakkers, ooh, ooh, ooh, rauw en schouw, mèr ter goeier trouw’, zo typeerde de gewezen voorzitter in 1975 zijn oud-spelers.

 

Ook niets dan lof van de supporters, zoals blijkt uit een artikel van 1930, getekend Supporter: [i] Het is dus zondag a.s. 14 september dat de officiële kampioenschappen aanvang nemen. Voor onze zwart-roode Spartanen een zware, misschien al te lastige taak, ’t is 2e afdeling waarin de onzen zullen trachten goed figuur te maken. Vooruit dan, gij stoere roodjes, eensgezind met frisschen moed aangevangen, en zoo ook zult ge dit jaar, een eereplaats veroveren, plaats welke menigeen U benijden zal. Al uw trouwe supporters hunkeren naar hun geliefkoosd tijdverdrijf. Hand in hand ten strijde en voor de eerste puntjes niet afgeven, vooraleer het onmogelijke gedaan is, om ze in te oogsten. Vooruit, ter zege tot groei en bloei uwer schoone Sparta V.C. Goed heil in 2e afdeling. [/i]

Maar deze hoogbloei van Sparta kende geen lange duur. Er kwam onenigheid over het lokaal, dat nog altijd bij Christ Bloemen was, en volgens de meerderheid daar weg moest. De voorzitter gaf zijn ontslag en de clubgeest verslapte. In 1932 werd “V.C. Sparta Lille Saint-Hubert” uit de Voetbalbond ontslagen.

 

Sparta F.C. Sint-Huibrechts-Lille

​

In 1939 verkreeg Sparta opnieuw zijn aansluiting bij de K.B.V.B., maar nu onder de benaming Sparta F.C. Sint-Huibrechts-Lille, stamnummer 2850. Er werd nu gespeeld op “de Bos” (nu de Bosuil), waar enkele dapperen de heide hadden weggekapt. In 1940 werd hier met toelating van de Duitse overheid een barak geplaatst. Het eerste jaar, seizoen 1939-1940, kwam er van de competitie weinig terecht, daar de meeste spelers gemobiliseerd waren. Het seizoen ‘40-‘41 werd echter hoopvol gestart: [i] Na de beroerde Meidagen 1940 en nadat stilaan onze soldaten naar huis terugkeerden, begon ook het gedacht op voetbal terug te herleven. Op een paar weken tijd werd dan ook weer veel goed gemaakt van wat de oorlog verkorven had. [/i]
 

Lille nam nu deel aan de noodcompetitie en speelde in tweede gewestelijke, bijzondere reeks A. Sparta kwam uit tegen naburige ploegen als Kattenbosch, Overpelt Fabriek, Kaulille, Lommel SK, Overpelt VV, Neerpelt, Bocholt, Lommel-Kolonie, Adelberg, Hamont-Loo, Hechtel, Achel. Lille sloeg in de eindrangschikking geen slecht figuur, maar om tot kampioen te komen ontbrak het nog aan clubgeest. De secretaris schrijft hierover: [i] Het grootste ongeluk of beter de grootste hinderpaal naar de 1ste plaats, welke wij met wat meer overleg hadden kunnen behalen, ligt hierin: er was gebrek aan tucht. Wij hebben matchen verloren, zoals deze in Bocholt en later in Achel, eenvoudig omdat er geen verstandhouding heerste in de club. Over het algemeen denken de spelers nog te veel aan zichzelf ... [/i]
 

Het nieuwe seizoen, ‘41-‘42, begint met het probleem over de vestiging van het clublokaal. Het vorig jaar was dit na algemene stemming bij Tinus Vanhees ondergebracht. Nu rees er protest van de Lilse herbergiers die een ere-lidkaart betaalden, maar geen voordeel van de club hadden. Daarom werd beslist dat de maandelijkse vergadering voortaan telkens in een andere herberg zou doorgaan. Het vertrek ’s zondags zou eveneens beurtelings in een ander café plaats hebben, na rekening te houden met de richting van verplaatsing. Twee maanden later nam het bestuur echter al een andere beslissing: [i] Het lokaal van Sparta Lille wordt overgebracht naar het huis Ceelen. De reden van deze beslissing is licht door elke gezonde redenering te begrijpen. Er heerscht een slechte geest onder de voetbalclub. Er werd meer gepraat dan gevoetbald. Het bestuur heeft dan ook niet geaarzeld eene radicale beslissing te treffen en zich los te maken van alle buitenstaanders ... [/i]

De goede clubgeest was er dus ook in dit derde seizoen niet, en dit zou Sparta fataal worden ... Luisteren wij maar naar de bedenkingen van de secretaris in zijn jaarverslag: [i] En toch staat Sparta Lille op een keerpunt. Haar toestand, alhoewel niet hopeloos, is zeer kritiek. Maatregelen van grooten omvang dringen zich op, en anders moet er aan een volgend seizoen niet meer gedacht worden ... De toestand: Sparta Lille kent op het ogenblik eene ondraaglijke wanverhouding tusschen het bestuur en hare leden.  De oorzaak ligt volgens de schrijver bij een te zwak bestuur. Dit bestuur voorzag de volgende oplossing: Er is slechts één uitweg. En dat is de voorlopige ontbinding der club. De leden krijgen een maand tijd om een nieuw bestuur te zoeken. Toekomende maand rond de 15de zal er een nieuwe vergadering plaats hebben. Welke bestuursleden hun mandaat intrekken kan ik niet juist zeggen ... Indien bij deze vergadering geen nieuw bestuur tot stand komt is de ontbinding van de club onvermijdelijk. [/i]

 

 

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

 

 

F.C. Sparta Lille tijdens de oorlogsjaren

Staande vlnr: Leo Coninx, Harrie Verlinden, Harrie Pellens, Harrie Vandervelden, Jan Coninx, Antoon Geerits

Knielende vlnr: Chel Stalmans, Pier Vanoch, Bèr Pellens, Louis Oyen, Jan Fransen

 

 

 

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

 

​

​

F.C. Sparta Lille tijdens de oorlogsjaren

Staande vlnr: Theo Reymen, Jaak Van Werde, Leo Pellens, Henri Triki, Leo Coninx, Antoon Geerits
Knielende vlnr: Jan Cuyvers, Kusters, Albert Pellens, Leo Schonkeren, Jan Franssen

 

 

In 1942 wordt het dan ook erg stil rond Sparta. De slechte verhouding tussen bestuur en leden mogen we echter niet als enige oorzaak van het verdwijnen van de club zien. De moeilijke oorlogsjaren speelden hierin ook een belangrijke rol. Denken wij hier maar aan het wegvoeren van Jos Verlinden, de schatbewaarder van de club, naar Duitsland. Een oud-speler ziet daarbij nog een andere reden: [i] Het was moeilijk om nog een ploeg bij elkaar te krijgen, hoop en al acht mensen. De verplaatsingen moesten altijd per fiets gedaan worden, bijgevolg laat thuis en dikwijls een kwaad lief [/i]. Niettegenstaande er weinig gevoetbald werd, bleef Sparta nog tot 1947 aangesloten bij de Bond.

 

Sparta Lille

​

Gedurende meer dan twintig jaar lag het voetballeven in Lille stil, totdat in 1968 Sparta voor een derde maal officieel werd opgericht. De nieuwe club, eenvoudig Sparta Lille genaamd, vestigde zich op ‘De Bosuil’, waar u, geachte lezer, elke week het vervolg op deze story kan aanhoren in eindeloze discussies. Inderdaad ... teveel om op te schrijven.

 

 

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

 

Eerste elftal van Sparta Lille bij stichting in 1968

 

Staande vlnr: Edgard Adriaens, Guido Thijs, Jos Van Deurzen, Flor Ras, Jean Berghs, Hubert Gielen, Paul Rabijns
Zittende vlnr: Emiel Vandormael, Jan Steensels, Knevels, Jean Nauts, Antoon Van Gompel, Piet Simons


 

 

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​


Inhuldiging van de voetbalvelden van Sparta Lille op de Bosuil in 1969

vlnr: E.H. pastoor Hendrikx, Jan Triki, Flor Ras, Louis Maas, Edgard Adriaens, Jef Stalmans, Jaak Swinnen, Victor Vandeweyer

 

 

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

 

​

​

 

Eerste elftal van Sparta Lille in 1971: Ploegfoto op de Bosuil

Staande vlnr: Ferdinand Luyckx, Jan Weltens, Jan Steensels, Paul Keunen, Seutens, René Daniels, Rik Van Gompel, Jozef Gielen
Zittende vlnr: Jean Wuytens, Emiel Vandormael, Jan Van Dyck, Eugène Beckers, Jos Daniels, Piet Triki, Leon Clijsters

 

​

Met bijzondere dank aan Guido Vrolix, Maria Vangeneugden en het archief van VZW Heemkundige Kring Sint-Huibrechts-Lille.

​

​

bottom of page